Wat bespraken wij sinds de zomer?

De afgelopen maanden stonden er weer veel interessante onderwerpen op de agenda!

Intergemeentelijk verkeersoverleg (IVO): gemeenten verbinden met kennis, LEV-kader en verhandelbare mobiliteitsrechten 

In het Intergemeentelijk Verkeersoverleg bespraken we enkele landelijke beleidsontwikkelingen.  We wisselden van gedachte over het nieuwe landelijke beleidskader voor lichte elektrische voertuigen met het ministerie van I&W. Na een inhoudelijke presentatie gaven gemeenten aandachtspunten  mee, zoals de noodzaak om de gemeenten een rol te geven bij het aanwijzen van de plaats op de weg voor LEV’s vanwege de toenemende drukte op fietspaden.  

Het VERDUS-SURF-kennisprogramma gaf een toelichting op haar activiteiten en werd er een oproep gedaan aan gemeenten om mee te denken en mee te doen aan projecten. We zijn bezig met het opzetten van een structureel overleg met kennis- en onderwijsinstellingen zodat zij sneller de weg naar gemeenten weten te vinden en vice versa. Een concreet voorbeeld hiervan is de presentatie van hoogleraar Erik Verhoef (VU, economie) over proeven met verhandelbare mobiliteitsrechten: hoe reageren mobiliteitsgebruikers op prijsprikkels bij het afnemen van parkeer- en verplaatsingsrechten? Voor de deelnemers leverde dit een aantal verrassende inzichten op.  

Platform Regionale Mobiliteit: hoe gaan regio’s om met duurzame mobiliteitsplannen, het ontwikkelen van hubs en hoe organiseer je regionale samenwerking? 

Veel regio’s zijn bezig met het opstellen van Regionale mobiliteitsplannen (RMP’s). In zo’n plan spreken gemeenten met elkaar af hoe ze werken aan CO2-reductie en het verlagen van de uitstoot van schadelijke stoffen in de mobiliteit. Het samenwerkingsverband Trendsportal (Noord-Limburg) vertelde in de bijeenkomst van juni over het opstellen van hun RMP, waarbij wordt ingezet op schone en gezonde mobiliteit: de regio zet in op voorkomen, verkorten, veranderen en verschonen van verplaatsingen. Dit plan is voor de deelnemende gemeenten tegelijkertijd ook de drager voor hun mobiliteitsbeleid. 

De Vervoerregio Amsterdam heeft te maken met een forse vraag naar nieuwe woningen en werklocaties. In hun MP wordt er gekeken naar thema’s zoals duurzaam inkopen van overheidsopdrachten, het zorgen voor schone laad- en tankinfrastructuur en duurzame logistiek.
Naast het bespreken van deze inspirerende voorbeelden werden er ook zorgen geuit: veel regio’s worstelen met het vinden van voldoende ambtelijke capaciteit en financiering om alle ambities  waar te maken. Bovendien spelen er meerdere opgaven in de ruimtelijke omgeving waarbij de regio’s ook aan de lat staan, zoals bijvoorbeeld de energietransitie. Daarnaast moeten ambities ook een realistische en haalbare bijdrage leveren aan de doelstellingen van het klimaat- en energiebeleid. 

In de bijeenkomst van september spraken we over het organiseren van regionale samenwerking in het mobiliteitsbeleid en het landelijke programma hubs en knooppunten.  Het ministerie van I&W gaf een toelichting op het landelijke programma hubs en knooppunten, waarin wordt gewerkt aan een nationaal concept  waar aanbieders van deelmobiliteit hun voertuigen kunnen aanbieden. De overheid financiert de opstartkosten van de hubs en de exploitanten bieden hun product aan. Een eenduidig concept moet zorgen voor herkenbaarheid en er worden afspraken gemaakt over aspecten zoals het delen van data over het gebruik van de hubs.  

De  regio Zuid-Limburg gaf een presentatie over  de vraagstukken die spelen bij het organiseren van regionale samenwerking in mobiliteit en waar organisaties, maar ook gemeenten als financier en opdrachtgever, tegenaan lopen. Dit thema wordt de komende tijd uitgewerkt. .

Parkeren: energieopwekking, digitalisering gehandicaptenparkeerkaart en deelmobiliteit 

Parkeren gaat steeds meer over integrale gebiedsontwikkeling en parkeervoorzieningen spelen ook een rol bij het zorgen voor duurzame mobiliteit. Vanuit die optiek deed Merosch, in opdracht van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, onderzoek naar de mogelijkheden om zonne-energie op te wekken boven parkeerterreinen. Op die manier kan ongeveer 10% van de energiedoelstelling van het Klimaatakkoord worden gehaald. Vanuit technisch oogpunt is deze ambitie haalbaar, maar dat vraagt ook om goede ruimtelijke keuzes en het is bovendien belangrijk dat de opgewekte energie terplekke ook weer kan worden ingezet voor het opladen van geparkeerde voertuigen. 

Het SHPV gaf een toelichting op het digitaliseren van de gehandicaptenparkeerkaart. Gebruikers van deze kaart hebben te maken met omslachtige regels en gemeenten willen fraude en oneigenlijk gebruik tegengaan. Het SHPV onderzoekt of er één landelijke digitale app voor de gehandicaptenparkeerkaart kan worden ingevoerd zodat gebruikers weten wat de mogelijkheden voor het gebruik van de kaart zijn en gemeenten efficiënter kunnen handhaven. Het GNMI is bij dit onderzoek betrokken.  

Deelmobiliteit vraagt ook om gebruiksvriendelijkheid en zorgt eigenlijk voor dezelfde uitdagingen bij gemeenten. In opdracht van het ministerie van I&W onderzoekt het GNMI wat de gemeentelijke wensen voor regelgeving zijn en hoe er een duidelijk speelveld voor gemeenten, gebruikers en aanbieders kan worden gecreëerd. Hier komen we binnenkort op terug. 

Stadslogistiek: hoe ga je om met logistieke hubs? 

In de bijeenkomsten van de themagroep Stadslogistiek werd er kennis uitgewisseld over het ontwikkelen van logistieke hubs. Veel gemeenten willen de ambities voor zero emissie logistiek ook doorvertalen naar minder verkeersbewegingen en efficiëntere logistieke ketens, zodat de druk op het wegennetwerk afneemt en de leefbaarheid toeneemt. Dat vraagt om een aparte aanpak per logistieke keten omdat bijvoorbeeld de bevoorrading van winkels verschilt van de bevoorrading van horecagelegenheden.  

Verkeersveiligheid: 30 km/uur binnen de bebouwde kom 

De landelijke discussie over het invoeren van een maximale snelheid van 30 km per uur binnen de bebouwde kom kwam uiteraard terug in de contactgroep verkeersveiligheid. DTV en Goudappel Coffeng gaven een toelichting op het onderzoek dat de basis voor een landelijk afwegingskader moet vormen. Gemeenten gaven hun aandachtspunten rondom financiering, het doortrekken van de goede ervaringen met Duurzaam Veilig en de inzet van handhaving aan. De gemeenten Utrecht en Haarlemmermeer deelden hun visies over het inrichten van woonerven en de stedelijke bebouwde kom en de maatregelen die zij nemen om toe te werken aan een lagere snelheid van het gemotoriseerde verkeer in wijken en buurten. Binnenkort vertellen we daar meer over.  

GNMI Juridisch Loket

Speelt in je gemeente een juridische vraag met betrekking tot de wegenverkeerswet? Leg deze dan voor aan het GNMI Juridisch Loket. Deze dienst is onderdeel van het lidmaatschap. Ook gemeenten die aangesloten zijn als deelnemer kunnen hier gebruik van maken, net zoals gemeenten die als keuzedeelnemer zijn aangesloten op één thema, maar dan specifiek voor dat onderwerp. Gemeenten die niet zijn aangesloten bij het GNMI kunnen ook bij ons terecht met juridische vragen voor €198,50 per vraag.

Dus speelt er een kwestie over bebording, parkeervordening, milieuzones, de gehandicaptenparkeerkaart, openbaarheid van de weg of een situatie rondom een uitrit? Neem contact op met het GNMI Juridisch Loket en we zoeken het voor je uit!

We werken in het Juridisch Loket samen met DTV Consultants en indien nodig met landelijke overheidsinstanties. Zo kunnen we ingewikkelde kwesties samen verder oppakken.

Digitalisering kan ons verder helpen

Hij is wethouder van de gemeente Apeldoorn met in zijn portefeuille onder andere mobiliteit en smartcity. ‘Een mooie combinatie om tot smart mobility oplossingen te komen’, zegt Wim Willems. Sinds dit jaar is hij lid van het dagelijks bestuur van het GNMI. Een paar vragen.

Wim Willems

Hoe ben je in contact gekomen met het GNMI?

Wim: ‘de gemeente Apeldoorn is al een groot aantal jaren lid van het GNMI. In mijn contacten met mijn buurgemeente Arnhem sprak ik met Roeland van der Zee over de vereniging. En vanuit mijn voorzitterschap van de themagroep Smartcity heb ik uitgebreid de kansen besproken van Smart Mobility met Rik van der Linden, de huidige voorzitter. Zo is het balletje gaan rollen.’

Wat zie jij als belangrijke uitdaging voor het GNMI? Waar wil je graag aandacht voor, wat wil je bereiken?

‘Gemeenten investeren veel geld in goede bereikbaarheid en verkeersveiligheid. Ik ben van mening dat digitalisering ons verder kan helpen. Liever eerder investeren in een regel programmeren om navigatiesystemen te kunnen aansturen dan een drempel leggen. We moeten de regie op onze verkeersinfrastructuur als gemeente in de hand blijven houden en dat niet aan derden over laten die navigatiesystemen aanbieden. Daarnaast zijn er vele hulpmiddelen om de verkeersveiligheid te verhogen. Denk hierbij aan de meest gehoorde klacht de te hoge snelheid. Het Intelligent Speed Assistance systeem kan hier mogelijk een oplossing zijn,’ vertelt Wim.

Hoe zie je je rol als lid van het dagelijks bestuur van het GNMI?

Wim: ‘ik probeer vanuit de bestuurlijke rol het GNMI scherp te houden op nieuwe innovaties. Op digitale oplossingen, maar ook het borgen van regelgeving over deze oplossingen. Daarnaast heb ik natuurlijk elke verplichting die een bestuurder heeft binnen een dagelijks bestuur. En dat doe ik met plezier.’

 

Deelmobiliteit en voorbeeldregels

De vraag naar deelmobiliteit neemt toe, bijvoorbeeld als gevolg van beleid om parkeerplaatsen te vervangen door groen of speelruimte. Ook om de woningbouwopgave te realiseren wordt, in combinatie met lagere parkeernormen, een oplossing gezocht in deelmobiliteit. Tegelijkertijd is de markt volop in ontwikkeling. Tijd voor nieuwe regels.

Het GNMI maakt in opdracht van het ministerie van I&W voorbeeldregels voor deelmobiliteit. Een aantal gemeenten heeft al regels vastgesteld en op basis daarvan worden de voorbeeldregels gemaakt. Meer specifiek: het gaat om de aanpassing van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) in combinatie met nieuwe regels en om onderdelen binnen de parkeerverordening met nieuwe regels.

Deelmobiliteit is een hot item. Er komen nieuwe voertuigen bij en de diensten en concepten breiden uit. In de voorbeeldregels zal zo goed mogelijk ruimte worden gegeven aan de balans tussen de belangen in de openbare ruimte en de flexibiliteit die nodig is voor verdere ontwikkeling. De planning is om de regels eind 2021 op te leveren. Als je op de hoogte wil blijven van de ontwikkelingen, meld je aan via deze link en kies voor de onderste optie Verkenningen Deelmobiliteit.

Erik Verhoef

Erik Verhoef over verhandelbare rechten

Op vrijdag 17 december 2021 is Erik Verhoef te gast bij onze Algemene Vergadering. Erik houdt zich onder andere bezig met verhandelbare rechten; inmiddels een bekend instrument in het Europese klimaatbeleid. Deze rechten kennen mogelijke toepassingen in mobiliteitsbeleid; bijvoorbeeld voor het beperken van spitsdrukte of parkeerdruk. De bijeenkomst is plaats.

Op de agenda staan deze keer: het werkprogramma en de begroting van het GNMI voor het komende jaar (2022). Daarna is het de beurt aan Erik Verhoef. Hij is hoogleraar ruimtelijke economie aan de Vrije Universiteit en daarnaast lid van de Raad van advies Verkeers- en vervoersmodellen van Rijkswaterstaat, Fellow van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid en lid van de raad van toezicht van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid.

Erik vertelt over de eerste resultaten van een aantal experimenten rond verhandelbare mobiliteitsrechten. Deze leveren belangrijke inzichten in mogelijke toepassingen op grotere en structurele schaal. Na de presentatie is er ruimte voor discussie.

De Algemene Vergadering duurt van 14:00 tot 14.30 uur en is alleen voor de wethouders met mobiliteit in de portefeuille van de gemeenten die lid zijn van het GNMI. De sessie met Erik Verhoef over de verhandelbare mobiliteitsrechten duurt van 14:30 tot 15:30 en staat open voor alle wethouders mobiliteit (je hoeft dus geen lid te zijn van het GNMI) en gemeentelijke beleidsadviseurs mobiliteit zijn daarbij van harte welkom als toehoorder.

Aanmelden

Selecteer een geldig formulier

Voor vragen kunt u terecht bij het GNMI-secretariaat: gnmi@gnmi.nl of 070-3738710.

 

Platform Regionale Mobiliteit op 30 september 2021

Wat staat er deze keer op de agenda? Het landelijk programma hubs en deelmobiliteit, met een toelichting vanuit het ministerie van IenW. De regionale samenwerking in mobiliteitsbeleid en uitvoering in Zuid-Limburg. Hoe is deze samenwerking ontstaan en wat zijn de ervaringen tot nu toe? Om een beeld te krijgen wat speelt bij de regio’s staan we stil bij de actualiteiten op landelijk niveau, bij de regio’s zelf en bij de stakeholders. Tenslotte willen we graag ideeën ophalen voor de meerjarenvisie van het GNMI.

Praat je mee?

Datum: 30 september 2021
Tijd: 15:00 – 17:00
Locatie: online via Microsoft Teams
Doelgroep: beleidsadviseurs of coördinatoren mobiliteit van regionale samenwerkingsverbanden van gemeenten

 

Aanmelden
Zet in het vrije veld indien je alleen voor deze vergadering wilt aanschuiven

 

Over het Platform Regionale Mobiliteit

Je vindt bij het aanmeldformulier meer informatie over het GNMI Platform Regionale Mobiliteit. Als je dat wilt nemen we contact met je op en leggen we uit hoe alles werkt. Vul dan het formulier in en selecteer “contact opnemen”. Lees ook het interview met Peter van Wijlick (RMO Noord-Limburg-Trendsportal. Hij is samen met Johan Leferink (Groene Metropoolregio Arnhem-Nijmegen) voorzitter van het Platform Regionale Mobiliteit.

De volgende regio’s zijn aangesloten bij het Platform Regionale Mobiliteit (formeel of op proefbasis):

  • Groene Metropoolregio Arnhem-Nijmegen
  • RMO Noord-Limburg / Trendsportal
  • Holland-Rijnland
  • Utrecht 10
  • Vervoerregio Amsterdam
  • Metropoolregio Eindhoven
  • Regio Amersfoort
  • Regio Rivierenland
  • Zuid-Limburg Bereikbaar
  • Regio Foodvalley
  • Regio Groningen-Assen
  • Regio Midden-Holland
  • Regio Gooi- en Vechtstreek

Daarnaast schuiven de volgende ketenpartners aan:

  • VNG
  • CROW
  • Provincie Noord-Holland
  • Rijkswaterstaat

Het GNMI en … Robert Smits (VNG)

Verschillende werelden samenbrengen

Robert Smits werkt sinds 2020 als beleidsadviseur mobiliteit bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Daarvoor was hij beleidsadviseur mobiliteit en parkeren bij de gemeente Nijmegen. ‘Deze ervaring kan ik heel goed gebruiken in mijn werk bij de VNG. Grote uitdaging is wel om de verschillende werelden, bij gemeenten enerzijds en het rijk anderzijds, meer bij elkaar te brengen.’

We werken samen

Robert SmitsKennisdeling, belangenbehartiging en dienstverlening vormen de basis van de VNG, de koepelorganisatie van alle gemeenten in Nederland. Robert vertelt: ‘op het vlak van mobiliteit focussen we ons op thema’s zoals duurzame mobiliteit, verkeersveiligheid, bereikbaarheid en uitvoeringskracht. Hierbij houd ik me bijvoorbeeld bezig met de dossiers elektrisch vervoer, laadinfrastructuur, CO2 normeringen, vrachtwagenheffing, fietsparkeren bij stations en kennisontwikkeling.

Nadat ik startte bij de VNG ben ik snel in contact gekomen met het GNMI. We werken veel samen met en zoeken elkaar regelmatig op, bijvoorbeeld tijdens een maandelijks bilateraal overleg. Vanuit de VNG sluiten we regelmatig aan bij bijeenkomsten die georganiseerd worden door het GNMI, zoals het IVO. Het is heel nuttig om ervaringen bij gemeenten op te halen en gemeenten bij te praten over onze activiteiten. Ook hebben we sinds 2020 een samenwerkingsagenda tussen VNG en GNMI.’

We werken aanvullend

‘Zowel de VNG als het GNMI maken zich sterk voor de gemeenten bij vraagstukken rondom mobiliteit. Beide organisaties leggen daarbij een ander accent en werken aanvullend,’ vertelt Robert. ‘Wij focussen ons vooral op de lobby en belangenbehartiging van gemeenten richting het rijk. Hiervoor moeten we weten wat er speelt bij gemeenten en hoe gemeenten tegen bepaalde zaken aankijken. Omdat het GNMI zich juist richt op het uitwisselen van kennis en ervaringen rond mobiliteit, helpt dit ons bij het bepalen en aanscherpen van standpunten rond bepaalde mobiliteitsdossiers. We hebben een eigen netwerk aan gemeenten, maar ook de interactie tussen gemeenten binnen het platform van het GNMI zorgt voor waardevolle input. Het GNMI heeft veel kennis van de gemeentelijke praktijk; die hebben we als VNG nodig om de belangen van gemeenten goed te kunnen behartigen in het Haagse.’

Lobby versus platformfunctie

Robert: ’de lijntjes tussen VNG en het GNMI zijn kort en we weten elkaar goed te vinden. We vullen elkaar echt aan. Zoals gezegd focust de VNG zich op lobby en belangenbehartiging en vervult het GNMI een platformfunctie voor gemeenten. Maar ook rond bepaalde inhoudelijke dossiers vullen we elkaar nadrukkelijk aan. Zo is het GNMI sterk op dossiers waar we als VNG geen directe rol of urgentie op hebben in de lobby. Denk hierbij aan thema’s zoals openbaar vervoer, parkeren en smart mobility. Dossiers die wij niet oppakken kunnen wel interessant zijn voor het GNMI en haar leden om verder op door te gaan.’

Parkeerkaarten of -abonnementen verhandelen. Hoe zit dat?

Tijdens het IVO op vrijdag 10 september hebben we een interessante gast. Erik Verhoef is hoogleraar ruimtelijke economie aan de Vrije Universiteit. Hij is daarnaast lid van de Raad van advies Verkeers- en vervoersmodellen van Rijkswaterstaat, Fellow van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid en lid van de raad van toezicht van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid.

Erik VerhoefErik houdt zich onder andere bezig met verhandelbare rechten; inmiddels een bekend instrument in het Europese klimaatbeleid. Deze rechten kennen mogelijke toepassingen in mobiliteitsbeleid; bijvoorbeeld voor het beperken van spitsdrukte of parkeerdruk. Erik presenteert in dit online overleg de eerste resultaten van een aantal experimenten rond verhandelbare mobiliteitsrechten. Deze leveren belangrijke inzichten in mogelijke toepassingen op grotere en structurele schaal. Na de presentatie is er ruimte voor discussie.

Andere onderwerpen die tijdens het IVO van 10 september aan de orde komen zijn: VerDuS-SURF en de verbinding tussen wetenschap en gemeentelijk mobiliteitsbeleid, landelijke beleidsontwikkelingen zoals de Integrale Mobiliteitsanalyse, het Klimaatakkoord en het LEV-kader en de VNG maakt een rondje langs de belangrijkste onderwerpen voor de belangenbehartiging van gemeenten. En zoals gebruikelijk nemen we de tijd voor de ontwikkelingen op het gebied van mobiliteit in de aangesloten gemeenten.

Wil je hierbij zijn? Meld je dan aan voor het IVO op vrijdag 10 september van 9.30 tot 13.00 uur. De bijeenkomst is vrij toegankelijk voor beleidsmedewerkers van gemeenten. Gebruik deze link om je aan te melden.

Let op: geef onder bij ‘opmerkingen’ aan of je alleen naar deze vergadering wilt komen, of dat je vaker naar het IVO wilt komen. Dat kan op proef, geheel vrijblijvend. Kijk hier voor meer informatie.

 

‘Onze leden vormen de kracht’

De nieuwe voorzitter van het GNMI is Rik van der Linden. Hij Is sinds 2014 wethouder in Dordrecht en houdt zich bezig met de portefeuille bereikbaarheid. Een kort gesprek.

Onmiddellijk effect 

Rik van der LindenRik: ’Dordrecht is al heel lang lid van het GNMI en bij mijn aantreden als wethouder ben ik lid geworden van het dagelijks bestuur van de vereniging. Sinds kort, om precies te zijn in mei 2021, ben ik voorzitter. De afgelopen jaren heeft het GNMI zich ontwikkeld tot een grotere, breder georiënteerde vereniging. Dat is belangrijk. Gemeenten hebben veel opgaven die onmiddellijk effect hebben op de mobiliteit. Denk bijvoorbeeld aan de woningbouw of aan de uitwerking van het klimaatakkoord. Het is van belang om hier als vereniging zelf over na te denken en betrokken te zijn bij de uitwerking van het Haagse beleid.’
 
Kennis delen en samen optrekken
‘Het GNMI is niet voor niets een vereniging: de leden vormen de kracht ervan, zowel als het gaat om kennisdeling als om het samen optrekken in het verbeteren van wetgeving en beleid’, vertelt Rik. Samen met de andere leden van het bestuur wil ik de koers van de laatste jaren verder vormgeven. Sterk blijven op de inhoud en de belangen van de gemeenten goed blijven vertegenwoordigen.’

Thema’s en netwerken
Rik: ’Het GNMI heeft heel veel kennis van zaken en we gaan ervoor zorgen dat die kennis op peil blijft. Vanouds is het GNMI sterk in bijvoorbeeld openbaar vervoer en daarmee samenhangende thema’s. Daar zijn de afgelopen jaren allerlei onderwerpen bijgekomen. Denk aan parkeren, elektrisch rijden, hoe om te gaan met data, Zero Emissie en nog veel meer. De onderlinge netwerken, en sinds kort ook de regionale samenwerkingen, zijn heel sterk en daar heeft elke gemeente iets aan.’

Toekomst 
‘Natuurlijk zijn er uitdagingen voor de toekomst. Dan denk ik onder andere aan het sterk houden van de kennisnetwerken, het verder ontwikkelen van dienstverlening voor gemeenten, zoals het juridisch loket en het versterken van de positie van de gemeenten bij de uitwerking van het mobiliteitsbeleid. Daar werken we aan. Het GNMI is een hele mooie club om voor en mee te werken’, besluit Rik.

Denk mee over deelmobiliteit

De populariteit van deelfietsen, -scooters en auto’s neemt sterk toe. Ze bieden meer opties om op het punt van bestemming te komen en kunnen ook helpen om diverse maatschappelijke doelen te bereiken. Soms kan het ook tot problemen in de openbare ruimte leiden, bijvoorbeeld als er te veel deelscooters rond één plek worden geparkeerd. Om een en ander in goede banen te leiden heeft een aantal gemeenten inmiddels een verordening deelmobiliteit gemaakt.  

In opdracht van het Ministerie van I&W voeren we een verkenning uit naar de huidige verordeningen deelmobiliteit. En kijken we of er een modeltekst kan worden opgesteld die als voorbeeld kan dienen voor alle gemeenten. Daarnaast zoeken we uit hoe gemeenten staan tegenover een landelijke faciliteit voor deelauto’s. 

Werk je bij een gemeente en wil je meedenken of op de hoogte gehouden worden, meld je dan voor 15 september aan via deze link.