De man achter het juridisch loket: Eugène van de Poel

Stel hem een juridische vraag over mobiliteit bij gemeenten en hij weet het. Met een vracht aan kennis is Eugène van de Poel het eerste aanspreekpunt binnen het juridisch loket van het GNMI. Alle mobiliteitsdossiers waar gemeenten in de praktijk mee te maken hebben zijn hem bekend. We gingen met hem in gesprek.

Waarom heeft het GNMI een juridisch loket opgericht?

Eugène: ”er bestond geen goed loket meer voor vragen over de toepassing van de Wegenverkeerswetgeving in de dagelijkse praktijk. Gemeenten hebben bij het ministerie van IenW en de VNG geen goede ingang voor hun vragen. Wij willen deze service graag bieden en dus hebben we als GNMI het juridisch loket in het leven geroepen. Gemeenten kunnen al hun vragen over de toepassing van de Wegenverkeerswetgeving hier stellen. Het kan bijvoorbeeld gaan over de toepassing van de Wegenverkeerswet 1994, het BABW, het RVV 1990 en allerlei onderliggende ministeriële regelingen, zoals bijv. de Regeling gehandicaptenparkeerkaart (GPK) en de Regeling verkeersregelaars, maar ook over de gemeentelijke Parkeerverordening, Wegsleepverordening en de APV-bepalingen die betrekking hebben op mobiliteit, zoals bijvoorbeeld de parkeerexcesbepalingen. Via het juridisch loket kunnen gemeenten op verschillende thema’s ook veel gestelde vragen en antwoorden (oa. over GPK en openbaarheid van wegen) en handreikingen (verkeersbesluiten) raadplegen.

Hoe werkt het juridisch loket?

“Het juridisch loket is gratis voor alle gemeenten die bij het GNMI zijn aangesloten als lid, deelnemer of gebruiker. (Zie het participatiemodel) Gemeenten die nog niet bij het GNMI zijn aangesloten kunnen éénmalig gratis gebruik maken van de diensten van het juridisch loket. Als je structureel gebruik wil maken van het juridisch loket dan zal de gemeente lid, deelnemer of gebruiker van het GNMI moeten worden.

We streven ernaar om de vragen uiterlijk binnen vijf werkdagen te beantwoorden. Mochten wij het antwoord op de vraag niet zelf weten, dan kunnen wij de vraag ook voorleggen aan gemeenten die bij het GNMI-netwerk zijn aangesloten. Eventueel kunnen wij doorverwijzen naar organisaties die mogelijk wel antwoord op de vraag kunnen geven. Bijvoorbeeld aan CROW-KpVV voor de meer technische en uitvoerende aangelegenheden,” aldus Eugène.

Hoe heb je al die juridische kennis vergaard?

Eugène: ”aan het eind van mijn studie Staats- en Bestuursrecht heb ik een half jaar stage gelopen bij de VNG en schreef ik op hun verzoek mijn afstudeerscriptie over de Wegenwet. Deze scriptie hebben ze jarenlang gebruikt bij de beantwoording van vragen van gemeenten over de toepassing van de Wegenwet, zoals bijvoorbeeld vragen over de openbaarheid en de onderhoudsplicht van wegen. Nadat ik afstudeerde ben ik als jurist aan de slag gegaan bij een diverse gemeenten: Katwijk, Alkemade (tegenwoordig onderdeel van gemeente Kaag en Braassem) en Zandvoort. Vanaf begin jaren ’90 werkte ik als senior-beleidsmedewerker Verkeer en Vervoer bij de VNG. In die periode heb ik me bezig gehouden met alle mobiliteitsdossiers waar gemeenten in de praktijk mee te maken krijgen. Daarnaast was ik secretaris van de Verkeerscommissie en hield ik mij bezig met de model-Parkeerverordening, model-Wegsleepverordening en de mobiliteitgerelateerde onderwerpen uit de model-APV. Sinds oktober 2018 ben ik vanuit de VNG gedetacheerd bij het GNMI.”

Wat doe je precies bij het GNMI?

“Vanwege de brede achtergrond van mijn werkzaamheden bij de VNG word ik bij GNMI door mijn collega’s Arthur ter Weeme en Alex Mink bij heel veel onderwerpen betrokken. Ik ben secretaris van het Intergemeentelijk Verkeersoverleg (IVO), waarin beleidsstrategen en coördinatoren van gemeenten alle belangrijke beleidsdossiers voor gemeenten bespreken. Het IVO is de ambtelijke adviescommissie voor het bestuur van het GNMI en de bestuurlijke adviescommissie Ruimte, Wonen en Mobiliteit van de VNG. Andere onderwerpen waar ik me mee bezig houd zijn straattaxivervoer (model-Taxiverordening en model-convenant samenwerking en gegevensuitwisseling), verkeersveiligheid (implementatie uitvoering van het Strategisch Plan Verkeersveiligheid), de Uitvoeringsagenda nul-emissie stadslogistiek, fietsparkeren bij stations, de financiering van lokale verkeer en vervoertaken (BDU Verkeer en Vervoer), parkeren en tot slot ook de beantwoording van vragen van gemeenten over de toepassing van de Wegenverkeerswetgeving,” vertelt Eugène.

Wil je nog wat kwijt?

Eugène: “ik hoop dat het voor gemeenten duidelijk is wat de bedoeling is van ons juridisch loket. Als je hierover nog vragen hebt, dan ben ik uiteraard graag bereid deze te beantwoorden. Je kunt contact opnemen met mij via de mail (eugene.vandepoel@gnmi.nl ) of per telefoon 06-57593160.”