Mobiliteit is een dankbaar en complex onderwerp

Marco Wenzkowski is bijna twee jaar wethouder in de gemeente Apeldoorn. ‘Als geboren en een getogen Apeldoorner ben ik bijzonder trots op onze groene, royale Veluwse hoofdstad.’ Hij is sinds anderhalf jaar bestuurslid van het GNMI.

Verschillende belangen
Marco:’ Eén van de onderwerpen, waar ik mij als wethouder mee bezig houd, is mobiliteit. Een dankbaar onderwerp. Dankbaar, omdat het van cruciaal belang is voor het reilen en zeilen in een stad. Maar ook dankbaar, omdat de betrokkenheid van inwoners en ondernemers bij het onderwerp groot is. Het gaat iedereen aan. Ik spreek regelmatig met -veelal bezorgde- inwoners over de verkeerssituatie in hun wijk of buurt. Dat ik als wethouder een rol kan spelen in de verbetering daarvan, vind ik geweldig. Tegelijkertijd is mobiliteit ook een complex onderwerp. Verschillende verkeerdeelnemers hebben verschillende belangen en dat maakt het tegelijkertijd ook uitdagend.’

Groei
Marco vervolgt:’ Apeldoorn groeit de komende jaren van 150.000 naar minimaal 180.000 inwoners. We willen een flink aantal woningen bouwen om deze mensen te kunnen huisvesten en bouwen grotendeels in de bestaande stad, dicht bij de voorzieningen. Een belangrijke vraag hierbij is hoe je de stad en haar voorzieningen goed bereikbaar houdt en tegelijk ook de stad aantrekkelijker maakt met meer ruimte voor groen. Dat is een complexe puzzel, want het aantal mensen groeit, terwijl de beschikbare ruimte dat niet doet. Dit heeft gevolgen voor de manier waarop niet alleen de nieuwe inwoners, maar ook de bestaande inwoners van Apeldoorn zich verplaatsen in de stad. Om dit in goede banen te leiden zetten we in op minder parkeerplaatsen bij de nieuwe woningen in het centrumgebied (lagere parkeernormen) en worden nieuwe vormen van mobiliteit geïntroduceerd zoals deelmobiliteit. Daarnaast verplaatsen we het doorgaande verkeer, dat nu nog door de binnenstad rijdt, naar de stedelijke ring. Deze veranderingen vragen dus ook veel van onze huidige bewoners. De uitdaging is om de veranderingen aan de infrastructuur zorgvuldig te plannen. Welke wegen pak je eerst aan in combinatie met alle bouwwerkzaamheden die de komende jaren plaats gaan vinden. Daar hebben we veel aandacht voor.’

Breder dan je eigen stad
‘In mijn werk zoek ik graag de samenwerking op met andere steden en wethouders.  Je kunt elkaar helpen met de kennis die hebt en door samen op te trekken kun je de impact die je maakt vergroten. Dat is wat mij betreft precies waar GNMI om draait: kennis delen, elkaar helpen en samen optrekken op onderwerpen die breder spelen dan je eigen stad. Op het gebied van mobiliteit zijn er legio onderwerpen waarop we kunnen samenwerken. Daarvoor hebben we netwerkgroepen ingesteld, waarin kennis wordt uitgewisseld tussen de deelnemende gemeenten, ministeries en andere instanties. Bij de onderwerpen die besproken worden moet je denken aan parkeernormen, slimme stadslogistiek en fatbikes. Ik hoop dat meer gemeenten aansluiten bij het GNMI. Twee weten meer dan één. Hoe meer gemeenten aansluiten, hoe meer kennis we kunnen delen en des te groter het effect is dat we samen kunnen bereiken. Ik zou gemeenten die zich nog niet hebben aangesloten daarom van harte willen uitnodigen dat alsnog te doen!’ besluit Marco.