Tag Archief van: stationsvoorzieningen

Kennisbijeenkomst voor gemeenten over slimme fietskluizen

CROW Fietsberaad organiseert een bijeenkomst voor gemeenten en regionale overheden over E-kluizen. Dit zijn fietskluizen die kunnen worden geopend met een OV-chipkaart of een app. Tijdens de bijeenkomst komen de ervaringen met de slimme fietskluizen in Friesland en Utrecht aan bod en wordt het programma van eisen besproken.

Met de bijeenkomst wil CROW Fietsberaad gemeenten en provincies die interesse hebben in E-kluizen of hier al plannen voor hebben (verder) op weg helpen en verbeterpunten in beeld brengen. De bijeenkomst is bedoeld voor overheden die al E-kluizen hebben, plannen hebben hier voor of meer over de slimme fietsluizen willen weten.

De bijeenkomst vindt plaats op 4 april van 14:00 tot 16:00 bij CROW aan het Jaarbeursplein 22 in Utrecht.

Meer informatie en aanmelden

Betrek gemeenten bij ontwikkeling en aansturing van collectief en integraal vervoersaanbod

Recent heeft de Rijksoverheid haar visie op de ontwikkeling van het openbaar vervoer gegeven. De groeiende vraag naar mobiliteit moet onder andere door de verdere verbetering van collectieve vervoerssystemen worden opgevangen. De reiziger maakt flexibele keuzes en alle onderdelen van de verplaatsing sluiten naadloos op elkaar aan. Technologische ontwikkelingen, de veranderende vraag naar mobiliteit en ruimtelijke druk zullen het aanbod en de verschijningsvormen van collectieve vervoersdiensten gaan veranderen. De VOC heeft vanuit gemeentelijk perspectief naar het nieuwe Rijksbeleid op het openbaar vervoer gekeken en doet een aantal concrete aanbevelingen voor de ontwikkeling van een integraal collectief vervoersaanbod met een betere positie voor gemeenten.

Vergroot de gemeentelijke rol in de aansturing en ontwikkeling van het collectieve vervoersaanbod

In het huidige stelsel hebben veel gemeenten alleen een rechtstreekse rol als wegbeheerder.
Daarnaast zijn gemeenten aan zet bij ruimtelijke ontwikkelingen, het waarborgen van de veiligheid en milieuvraagstukken die samenhangen met het openbaar vervoer, zoals trillingen en uitstoot van schadelijke stoffen.
De VOC pleit voor een grotere rol van gemeenten in de aansturing van het openbaar vervoer als één van de onderdelen van het gemeentelijke mobiliteitsbeleid. Openbaar vervoer levert immers een bijdrage aan de bereikbaarheid, leefbaarheid en economische kracht van leefgemeenschappen. In het sociale domein, vooral rondom de WMO en de jeugdzorg, is het integraal oppakken van vervoersvragen van inwoners via het openbaar vervoer al een gewoonte aan het worden. Die lijn moet ook worden doorgetrokken in de sturing op het OV-aanbod, het zorgen voor een naadloze verplaatsing en het financieren van collectieve vervoersvoorzieningen. De ontwikkeling van goede vervoersdiensten vraagt om een andere omgang met budgetten: zonder tussenschotten en met mogelijkheden om via het lokale belastinggebied ontwikkel- en exploitatielasten te financieren.

Denk in gelaagde netwerken met een slim vervoersaanbod 

Het Nederlandse openbaar vervoer moet de omslag maken van versnippering naar een gelaagd en samenhangend aanbod.
Het uitgangspunt is dat de reiziger keuzes maakt en dat collectieve vervoersdiensten naadloos op elkaar aansluiten. Daarbij spelen de fiets, deelsystemen en vervoer over water ook een rol.
De basis van een slim en samenhangend netwerk is de trein, met een goede verdeling tussen snelle langeafstandsverbindingen (de Intercity), een goed regionaal netwerk via Sneltreinen en het verbinden van voorsteden en middelgrote steden met de grote knooppunten via de Sprinter. Daardoor worden woon- en werklocaties beter met elkaar verbonden en neemt het concurrentievoordeel tegenover de auto toe: juist op reisafstanden tot 30 kilometer kan een dergelijke netwerkopbouw leiden tot reistijdwinst.
De bus en andere vormen van collectief vervoer zorgen voor de fijnmazige ontsluiting en verzorgen het vervoersaanbod voor specifieke doelgroepen.
De exploitatie van collectieve vervoersdiensten vraagt uiteraard om voldoende budget.
In veel steden is er letterlijk geen ruimte meer voor infrastructuur maar is de exploitatie van een slim en schoon vervoersaanbod cruciaal. In krimpgebieden is het een opgave om weinig reizigersvraag in het reguliere OV-aanbod te combineren met sociale bereikbaarheid. Qua budgettering moet er rekening worden gehouden met deze verschillende schaalniveau’s en hun onderscheiden problematiek.
Betaalbaarheid is ook voor de reiziger belangrijk: naast begrijpelijke voorwaarden en tarieven is het cruciaal dat collectieve vervoersvoorzieningen voor een grote groep gebruikers betaalbaar zijn.

Pas het collectieve vervoer aan op grensoverschrijdende mobiliteit

In veel grensgebieden is het openbaar vervoer ondermaats. Automobilisten merken nauwelijks iets van een grenspassage, maar OV-reizigers worden geconfronteerd met verschillende tarieven en lange reistijden.
In de grensregio’s neemt het aantal grensoverschrijdende verplaatsingen toe maar loopt het openbaar vervoer achterop. Het stimuleren van een goed OV-aanbod bevordert het wederzijdse contact en maakt het makkelijker om te wonen, te werken of om onderwijs te volgen over de grens.

Knooppuntontwikkeling: kijk naar herordening van het eigendom en beheer 

De eigendomsverhoudingen en beheersafspraken rondom treinstations zijn vaak complex door het verleden en soms ook door overeenkomsten tussen gemeenten en spoorpartijen.
Het is daardoor moeilijk om te sturen op de integrale ontwikkeling en het beheer van stations en stationsomgevingen. En op veel plekken in het land rijden er geen NS-treinen meer, maar zijn de stations en het omliggende vastgoed wel eigendom van NS. De naadloze integratie van vervoersdiensten is door deze historische situatie nog geen feit.
Bij de integratie van vervoersdiensten hoort wat de VOC betreft dus ook een heroriëntatie op het station als bronpunt van verplaatsingen. Hierdoor is het niet alleen mogelijk om vervoersdiensten makkelijker aan elkaar te koppelen, maar zijn er ook kansen om de verblijfskwaliteit te verhogen door ruimte te geven aan het midden- en kleinbedrijf en het verbinden van het station met de lokale identiteit van de gemeenschap.

De visie van de VOC op de ontwikkeling van het openbaar vervoer is te downloaden als PDF-document

Betrek lokale ondernemers bij het openbaar vervoer

We vinden dat in het openbaar vervoer meer mogelijkheden moeten komen voor lokale ondernemers . Doordat concessiegebieden steeds groter worden is het voor het midden- en kleinbedrijf niet haalbaar om in te schrijven op aanbestedingen voor openbaarvoerdiensten. Begrijp ons niet verkeerd, de grote vervoerbedrijven leveren steeds betere prestaties en we zien nog steeds een grote markt voor deze internationale spelers. Maar als lokale overheid zien we een kloof ontstaan tussen het openbaar en de lokale gemeenschap. Mensen weten vaak nog wel het gemeentehuis te vinden, maar de provincie die verantwoordelijk is voor het stad- en streekvervoer staat letterlijk en figuurlijk te ver af van de reiziger. Dit is geen verwijt naar de provincie als OV-opdrachtgever, maar het is de keerzijde van de systematiek die we in ons land hanteren. Hier kunnen we wél iets aan doen.

We kunnen het gat tussen lokale wensen en aansturing op grotere afstand proberen te dichten door concessiegebieden te verkleinen of zelfs stukken uit de concessie te knippen en deze apart aan te besteden.  Op die manier kan het lokale taxi- of touringcarbedrijf een kans worden gegeven om een stadsdienst of een specifieke lijn te exploiteren. De lokale ondernemer is wellicht ook beter in staat om in te spelen op lokale wensen en de verbinding te leggen met diensten in het doelgroepenvervoer. Ook kunnen we innovatieve lokale ondernemers vragen om te experimenteren met nieuwe vormen van vervoer of een andere manier van het verbinden van vraag en aanbod. Met kleinere concessies en het inbouwen van experimenteerruimte creëren we dus ook meer flexibiliteit en vernieuwing in het openbaarvervoeraanbod.

In dit kader vragen we ook aan ons nationale spoorbedrijf om wat vaker te kijken naar de kleinere ondernemer. De voorzieningen op stations worden een steeds belangrijker onderdeel van het winkelaanbod op buurt- of wijkniveau, maar ook als onderdeel van het aanbod in de binnenstad. We zien op stations alleen grote ketens die een vestiging (laten) exploiteren (door NS), terwijl het in onze ogen ook goed zou zijn om het lokale winkelaanbod te laten weerspiegelen op de stations. Wij denken dat dit niet alleen in het voordeel is van het lokale ondernemersklimaat, maar voor de reiziger ook een breder en interessanter pallet biedt.

Met andere woorden, laat de lokale ondernemer meer toe tot de wereld van het openbaar vervoer. De gemeente treedt daarbij graag op om partijen bij elkaar te brengen en als dat nodig is om aan de bel te trekken om regelgeving te versoepelen om deze ontwikkelingen mogelijk te maken.

Luister naar gemeente bij stationspoortjes OV-Chipkaart

De OV-Chipkaart is ondertussen hét vervoerbewijs geworden in het openbaar vervoer. Wij vinden dat de OV-Chipkaart veel verbeteringen heeft gebracht ten aanzien van het papieren kaartje en de strippenkaart.  Op stations worden poortjes geplaatst om het zwartrijders moeilijker te maken.

Op stations die tevens dienst doen als voetgangerspassage naar voorzieningen of een woonwijk aan de andere kant van het spoor levert dit problemen op. Een aantal gemeenten is het er niet mee eens dat de stations straks alleen nog toegankelijk zijn met een OV-Chipkaart met voldoende saldo. NS is daarom met deze gemeenten in gesprek om tot een oplossing te komen.

Ook de VOC kijkt mee met de proeven die NS doet met de uitrol van de passagepas voor mensen die geen OV-Chipkaart hebben. Per station zal NS samen met de gemeente bekijken of deze oplossing werkbaar is. Wij hebben er vertrouwen in dat dit proces zorgvuldig wordt doorlopen. Afsluiting van de poortjes op de stations met een interwijkverbinding is in onze ogen pas verantwoord als er instemming is van de gemeenteraad.