Zero Emissie Doelgroepenvervoer komt op gang
Volledig zero emissie (uitstootvrij) doelgroepenvervoer vanaf 1 januari 2025. Dat is de gezamenlijke ambitie van Rijksoverheid, gemeenten, marktpartijen en andere betrokken organisaties. Gemeenten en Rijk hebben hiervoor een bestuursakkoord gesloten. Vervoerders, voertuigleveranciers en andere sectororganisaties steunen deze beweging en hebben dat vastgelegd in een bijbehorend convenant. Alex Mink, beleidsadviseur bij het GNMI, deed onderzoek naar de stand van zaken en schreef naar aanleiding daarvan het rapport Monitor Zero Emissie doelgroepenvervoer.
Wat zijn de belangrijkste bevindingen?
Waarom is dit rapport opgesteld?
‘Sinds 2018 werken gemeenten aan Zero Emissie Doelgroepenvervoer. Het GNMI brengt de gemeenten die meedoen aan het bestuursakkoord, vervoerders en voertuigleveranciers bij elkaar. Nu de ambitie zichtbaar wordt, willen we natuurlijk graag weten hoe het gaat met de aanschaf van zero emissie voertuigen binnen het doelgroepenvervoer. Daardoor ontstaat er een beeld over het halen van de doelstelling en natuurlijk ook wie de koplopers zijn. Via de verzamelde kennis over inkoop, wensen en knelpunten kunnen we goede voorbeelden met elkaar delen en aandachtspunten oplossen.’
Wat zijn de belangrijkste bevindingen en wat staat ons nog te wachten?
‘Doelgroepenvervoer wordt in Nederland vooral door of namens gemeenten verzorgd. Zij zijn verantwoordelijk voor de toegang en kunnen als inkoper van vervoer een bepalende rol spelen in het verduurzamen er van. Hier zit ook een relatie met alle klimaat- en energieopgaven, waarbij gemeenten via hun beleid en het uitvoeren van taken het verschil kunnen maken. Over het algemeen valt op dat gemeenten, ongeacht of ze meedoen aan het Bestuursakkoord, enorm goed bezig zijn: het aantal nieuwe voertuigen dat rijdt op batterij-elektriciteit neemt toe. Los van het bestuursakkoord zien we dat gemeenten in hun aanbestedingen aansturen op schoon doelgroepenvervoer. Dat is erg goed!’
Wat zijn belangrijkste knelpunten die je hebt gesignaleerd?
‘Doelgroepenvervoer is afhankelijk van veel factoren: er moeten geschikte voertuigen zijn, de vervoerders hebben de juiste laadinfrastructuur nodig en gemeenten hebben te maken met stijgende kosten binnen het sociale domein. De organisatie van het doelgroepenvervoer gaat over personenvervoer, gemeentelijke inkoop, duurzaamheid en regionale samenwerking. Het is dus een onderwerp waarbij veel belangen en actoren spelen. Wij willen gemeenten graag wijzen op het toenemende aanbod van geschikte voertuigen en hebben oog voor de vragen rondom betaalbare en beschikbare laadinfrastructuur. Een ander zeer belangrijk aandachtspunt is dat er wordt bijgehouden hoeveel zero emissie doelgroepenvervoer voertuigen er worden aangeschaft en hoe ze dan worden ingezet. Er is nog geen goede standaard om data te verzamelen en te ontsluiten, zodat we allemaal goed zicht hebben op de instroom en het gebruik van voertuigen. Wij gaan dit verder oppakken.’
Hoe gaat het nu verder?
‘Het GNMI wil de komende tijd gemeenten, vervoerders en voertuigleveranciers bij elkaar blijven brengen en kijken hoe we samen kunnen werken aan de ambitie voor 100% nul emissie doelgroepenvervoer in 2025. Belangrijke aandachtspunt is dat er voldoende betaalbare en beschikbare laadmogelijkheden komen. Daarnaast zien we dat waterstof als energiedrager in opkomst is. Dat is een interessante ontwikkeling waarover wij gemeenten willen informeren. Als laatste punt: data worden steeds belangrijker om het beleid te volgen en te kijken welke resultaten we samen halen. Het doelgroepenvervoer is een te versnipperde aangelegenheid: zo ontbreken er bijvoorbeeld datastandaarden. We gaan aan de slag om hier meer eenheid in te krijgen. Want als we data goed verzamelen en ontsluiten, kunnen we ook laten zien hoe ontwikkelingen zoals zero emissie doelgroepenvervoer op weg zijn.’
Rapport Monitor Zero emissie doelgroepenvervoer eindversie
Gemeenten spelen een cruciale rol in het doelgroepenvervoer als opdrachtgever van een groot gedeelte ervan. Doelgroepenvervoer is onder meer het vervoer van mensen die vanwege leeftijd of een beperking tijdelijk of chronisch te maken hebben met beperkingen in hun mobiliteit en daardoor niet zelfstandig kunnen reizen. De drie (naar budget) grootste vervoerstromen binnen doelgroepenvervoer zijn gerelateerd aan de gedecentraliseerde gemeentelijke taken en dat zijn vooral het vraagafhankelijke WMO-vervoer, leerlingenvervoer en jeugdwetvervoer. In totaal geven gemeenten op dit moment bijna 700 miljoen euro uit aan het doelgroepenvervoer. Het GNMI wil de komende tijd meer aandacht geven aan het ondersteunen van gemeenten rondom het doelgroepenvervoer. |