Gemeenten en het Toekomstbeeld OV 2040

Hoe zijn gemeenten aangehaakt bij het Toekomstbeeld OV en wat kunnen ze verwachten? Deze vraag stond centraal in een themasessie van de contactgroep OV in samenwerking met het ministerie van I&W en DOVA (decentrale OV-autoriteiten).

In het Toekomstbeeld OV 2040 hebben autoriteiten de ambities voor het openbaar vervoer vastgelegd: een systeem dat ervoor zorgt dat reizigers veilig, efficiënt en drempelloos kunnen reizen. Het OV-netwerk levert ook een bijdrage aan het bouwen van nieuwe woningen en de sociale bereikbaarheid. Het Toekomstbeeld wordt in een aantal thematische lijnen uitgewerkt. De robuustheid van het systeem is daarbij het vertrekpunt: bestaande knelpunten worden eerst aangepakt. Daarnaast willen de autoriteiten aan de slag met innovaties zoals hoogwaardige bussystemen tussen steden en de verbinding tussen de stedelijke regio’s.  In de landelijke MIRT-overleggen komen de benodigde investeringen aan de orde.

Knooppunten worden belangrijker
Knooppunten worden steeds belangrijker binnen verkeers- en vervoersnetwerken. Een goed netwerk kan niet zonder goede knooppunten. Het beeld is daarbij dat de knooppunten voor een brede waaier aan mobiliteitsdiensten zijn uitgerust en zich dus ook richten op bijvoorbeeld deelvoertuigen en het parkeren van bezoekers.
In Nederland zijn er ongeveer 600 belangrijke knooppunten in het hele OV-netwerk. De provincies en vervoerregio’s maken hiervoor een apart uitvoeringsprogramma dat gericht is op de aansluiting tussen de knoop en zijn omgeving maar ook op ontwikkelingskansen zoals woningbouw en de ruimtelijke kwaliteit rondom de knoop. Daarbij wordt overigens wel een onderscheid gemaakt tussen typen knooppunten, waarbij het Rijk werkt met vaste categorieën.
Gemeenten worden betrokken bij het ophalen van de wensen voor de ontwikkeling van knooppunten. Het is voor gemeenten belangrijk om goed in de gaten te houden hoe zij door hun provincie bij dit proces worden betrokken.

Aanpak gemeente Utrecht
De gemeente Utrecht is een belangrijk knooppunt in het Nederlandse OV-netwerk, heeft een grote woningbouwopgave maar ook grote economische functies aan de randen van de stad. De gemeente zet daarom in op de ontwikkeling van meerdere grote knooppunten om de druk op Utrecht Centraal te verlichten. Tegelijkertijd wil ze ook meewerken aan het uitrollen van stevige OV- en fietsverbindingen binnen de regio. Een goed voorbeeld daarvan is de verkenning naar een hoogwaardige busverbinding (BRT) op de corridor tussen Breda, Gorinchem en Utrecht. Omdat de capaciteit op het spoor beperkt is, kijken de gemeenten in de regio en de provincie ook naar BRT-bussen tussen het Utrecht Science Park, Amersfoort en de Veluwe.
De belangrijkste tip is om te denken over de juiste locatie voor de ontwikkeling van een knooppunt en dus het creëren van alternatieven zodat reizigers niet via hetzelfde – overbelaste – knooppunt hoeven te reizen, maar rechtstreeks kunnen reizen naar hun bestemming. Zo’n aanpak is bijvoorbeeld gunstig om doorgaand autoverkeer richting de stad op te vangen en voor het laatste stuk een goede overstap met het OV of een deelfiets te realiseren.

Reflectie: veel betrokkenheid maar ook een snelkookpan
Een aantal gemeenten denkt na over de invulling van knooppunten in het regionale netwerk. Er was veel betrokkenheid vanuit grote steden bij de ontwikkeling van het Toekomstbeeld OV. Het is wel de grote vraag hoe de ambities van het Toekomstbeeld concreet op straat worden vormgegeven. In een aantal steden spelen bijvoorbeeld discussies over de inrichting en verplaatsing van busstations, die tegelijkertijd ook een belangrijke rol spelen in de ambities van het Toekomstbeeld. Het is dan de vraag hoe je politieke discussies kunt plaatsen in dit landelijke plaatje.
Een groter punt van zorg is dat er binnen het ministerie van I&W ook aan andere Toekomstbeelden voor de fiets en auto wordt gewerkt: hoe passen alle plaatjes uiteindelijk bij elkaar en lopen zulke ambities elkaar niet voor de voeten?

Het GNMI koppelt gemeenten aan elkaar tijdens aankomende sessies waarin de verdieping op een aantal thema’s wordt gezocht. Eén ervan is het ontwikkelen van een landelijke Stationsagenda. Het Toekomstbeeld OV komt dus nog op gezette tijden terug in de contactgroep OV.