Blue Assist laat mensen met communicatieve beperking zelfstandig reizen in het OV

Uit de evaluatie van de proef in Barneveld en Ede blijkt dat Blue Assist mensen met een communicatieve beperking kan helpen om zelfstandig te reizen met het openbaar vervoer. Hierdoor kunnen zij zelfstandig deelnemen aan de maatschappij. Blue Assist vergt een actieve betrokkenheid van zorginstellingen, vervoerder en gemeente. Blue Assist sluit aan op het groeiende aanbod van initiatieven en diensten die mensen helpen bij het maken van de overstap van het doelgroepenvervoer naar het openbaar vervoer.

Blue Assist is overgewaaid uit Vlaanderen, waar al veel organisaties en overheden zich bij het initiatief hebben aangesloten. In de pilot is gekeken of Blue Assist ook in Nederland mensen met een communicatieve beperking kan helpen om zelfstandig met het reguliere openbaar vervoer te reizen. De pilot is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. De VOC heeft deelgenomen aan de begeleidingsgroep. Het evaluatierapport van de pilot met Blue Assist is te vinden op de website van de Rijksoverheid.

De pilot laat zien dat Blue Assist mensen binnen de doelgroep kan helpen om de overstap van het doelgroepenvervoer naar het openbaar vervoer te laten maken. Daarmee wordt een bijdrage geleverd aan het komen tot een inclusieve samenleving. Daarnaast wordt in het rapport voorgerekend dat naast het bereiken van meer zelfredzaamheid van de doelgroep, ook de vervoerskosten lager uitvallen. Dit geldt met name wanneer minder gebruik wordt gemaakt van het leerlingenvervoer, hetgeen zou moeten leiden tot lagere kosten voor gemeenten.

Uit het rapport blijkt tevens dat een succesvolle uitrol van Blue Assist afhankelijk is van de medewerking van alle partijen die betrokken zijn bij de reiziger die gebruik maakt van Blue Assist: zorginstellingen, mantelzorgers, OV-bedrijven, onderwijsinstellingen en andere voorzieningen waar naartoe wordt gereisd en de lokale overheden. De rol van de gemeente is afhankelijk van de lokale politieke wensen, beleidsdoelen en praktische haalbaarheid en kan bestaan uit financiële bijdragen, schakel tussen partijen en communicatie naar het publiek.

Voor meer informatie over de pilot verwijzen we naar het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Blue Assist en de partijen die hebben deelgenomen aan de pilots in Barneveld en Ede. Voor een uitgebreid overzicht van de mogelijkheden om het gebruik van het openbaar vervoer door reizigers met een beperking te bevorderen, zie het onderzoek dat Staatssecretaris Dijksma eind 2016 heeft aangeboden aan de Tweede Kamer.

Moerdijk treedt toe tot VOC

De gemeente Moerdijk is aspirant-lid geworden van de VOC. Het proeflidmaatschap geeft de gemeente de mogelijkheid om kennis te maken met de VOC en vrijblijvend te participeren in het VOC-netwerk. Moerdijk heeft te maken met een breed scala aan verkeersvraagstukken. De VOC is verheugd over de komst van de gemeente Moerdijk. Met het aanschuiven van Moerdijk ontwikkelt de VOC zich door naar een platform van gemeenten met uiteenlopende mobiliteitsprofielen.

De gemeente Moerdijk, met circa 37.000 inwoners, is qua oppervlakte één van de grootste gemeente in Zuid-Nederland met vele (bijna contrasterende) gezichten: van grootschalige industrie en havengebieden langs het weidse Hollandsch Diep tot kleinschalige dorpen en charmante vestingstadjes te midden van een open agrarische landschap, ingeklemd tussen het Hollandsch Diep, het Volkerak, de Mark en de Dintel en de A16.

De gemeente Moerdijk heeft een goede bereikbaarheid over het spoor (stations Zevenbergen en Lage Zwaluwe voor personen en de bereikbaarheid van Zeehaven- en Industrieterrein Moerdijk voor goederen) en vooral over de weg, via de A16, A17, A29 en A59 (met afslagen bij Zevenbergschen Hoek, de kern Moerdijk, Industrieterrein Moerdijk, Zevenbergen/Klundert, Standdaarbuiten, Fijnaart en Willemstad). De keerzijde van deze infrastructuur is de milieuhinder die vooral een gevolg is van het wegverkeer. Naast milieuhinder nemen problemen met sluipverkeer door verschillende woonkernen zoals Zevenbergschen Hoek toe.

Tegenover dit grootschalige (inter-)nationale Moerdijk staat een ruime, rustige, agrarische gemeente met een veel kleinschaliger karakter met 11 kernen. De gemeente wil de leefbaarheid van deze kernen waarborgen. Eén van de punten hierin is de bereikbaarheid van voorzieningen voor de inwoners. Door het weidse karakter en verspreid liggende kernen is bijvoorbeeld de bereikbaarheid met openbaar vervoer lang niet overal optimaal. Met name in de avonduren en weekenden wordt openbaar vervoer gemist. Om deze gaten te vullen is de gemeente samen met onder andere de provincie Noord-Brabant en de vervoersmaatschappij Arriva gestart met een onderzoek naar innovatieve oplossingen om aan de vraag te kunnen voldoen.

De VOC heet de gemeente Moerdijk van harte welkom en we kijken uit naar een mooie samenwerking.

Mobiliteitsbeleid voorbij techniek en systemen

Stel de mens centraal in het gemeentelijke mobiliteitsbeleid, in plaats van systemen en technieken. Dit betoogt Tilburgs wethouder en VOC-bestuurder Mario Jacobs in de februari-editie van VNG Magazine over duurzame steden. Lees meer

VOC Intergemeentelijk verkeersoverleg over autodelen en ontsluiting data infrastructuur

Op vrijdag 3 februari kwam het Intergemeentelijk Verkeersoverleg bijeen om te spreken over actuele mobiliteitsontwikkelingen. De deelnemende gemeenten spraken in Arnhem over onder andere de Green deal autodelen, veiligheid bij spoorwegovergangen en het Nationaal Wegenbestand.

Opzet en werkwijze Intergemeentelijk Verkeersoverleg (IVO)

Het IVO is de voormalige ambtelijke adviesgroep over mobiliteitszaken van de VNG. Het IVO heeft zich per januari 2017 aangesloten bij de VOC als ondersteunende partij. In het IVO wisselen bestuursadviseurs van de betrokken gemeenten kennis en standpunten over mobiliteitsontwikkelingen en landelijk beleid uit. Vervolgens worden standpunten uitgedragen naar het ministerie, de Tweede Kamer en andere partijen.  Het IVO wordt gevoed door partijen zoals Rijkswaterstaat, Prorail, het ministerie van Infrastructuur en Milieu en kennisplatform CROW. De VOC overlegt met andere partijen zoals SWOV en Vexpan over hun bijdrage aan de inhoudelijke agenda.

Het IVO komt ieder kwartaal bijeen in een gastgemeente. In de ochtenduren wordt er gesproken over actuele ontwikkelingen, gereageerd op wetgevingstrajecten die gemeentelijke mobiliteit raken en advies gegeven over standpunten die bestuurlijk kunnen worden ingenomen namens de aangesloten gemeenten. De VOC zal daar vervolgens handen en voeten aan geven. Sommige dossiers worden ook inhoudelijk opgepakt via de VNG-commissie Milieu, energie en mobiliteit. In de middaguren geven kenniscentra, marktpartijen en andere overheidsvertegenwoordigers presentaties over ontwikkelingen op mobiliteitsgebied en is er ruimte voor de gastgemeente om de IVO-deelnemers te informeren over een project of stedelijke ontwikkeling rondom mobiliteit.

Green deal autodelen

Als eerste inhoudelijke punt werd de Green deal autodelen toegelicht door Rijkswaterstaat. De Rijksoverheid, gemeenten, verzekeraars en aanbieders van leaseauto’s willen het autodelen stimuleren. Zij zetten in op een groei naar 100.000 beschikbare deelauto’s in 2018. De Green Deal Autodelen wil partijen samenbrengen om kennis te delen, belemmeringen weg te nemen en concrete acties uitzetten om deze doelstelling te halen.In 2014 waren er 15.000 deelauto’s. Het aantal deelauto’s neemt wel toe en de Rijksoverheid wil deze groene vorm van mobiliteit snel stimuleren. Autodelen zorgt, naast de vermindering van de uitstoot van schadelijke stoffen, ook voor een verschuiving van voertuigbezit naar het delen van voertuigen en kan dus ook een oplossing zijn voor wijken met een hoge parkeerdruk. Om deze ontwikkeling mogelijk te maken, moeten gemeenten wel rekening houden met de aanleg van infrastructuur en een vorm van parkeerregulering die aansluit bij de behoefte van gebruikers. Gemeenten zoeken ook naar methoden om het deelautogebruik planologisch goed te regelen door te kijken of het delen van auto’s bij nieuwbouwprojecten gestimuleerd kan worden via de voorwaarden van de omgevingsvergunning en het bestemmingsplan. Vast staat dat gemeenten nog de nodige barrières moeten overwinnen om het deelautogebruik te stimuleren. Het IVO komt dan ook terug op dit onderwerp.

Platform incidentenanalyse overwegen

De VOC neemt deel aan het platform incidentenanalyse overwegen van Prorail. Via dit platform wil Prorail het onderzoek naar de verbetering van de veiligheid van spoorwegovergangen begeleiden en oplossingen aandragen. De VOC let daarbij goed op de belangen van gemeenten: zij hebben een rol als wegbeheerder en overwegen liggen vaak op routes die veel gebruikt worden door fietsers en voetgangers. Er speelt dus ook een afweging tussen veiligheid en bereikbaarheid van inwoners en bedrijven.

Nationaal Wegenbestand

In het middagprogramma werden er twee presentaties gegeven.

Rijkswaterstaat presenteerde het proces dat moet leiden tot het Nationaal Infrastructuurhuis. Het Nationaal Infrastructuurhuis moet de opvolger worden van het Nationaal Wegenbestand,  waarin alle eigenschappen van wegen bij elkaar zijn gebracht. Het Nationaal Wegenbestand bevat brondata voor het maken van beleid en het plannen van werkzaamheden aan de infrastructuur, zoals milieugegevens, verkeersmodellen en overzichten van werkzaamheden en strooiroutes. Maar Rijkswaterstaat wil verder gaan en via het Infrastructuurhuis het ontsluiten van data voor slimme vormen van mobiliteit en dienstenaanbieders mogelijk maken. In de toekomst past het Infrastructuurhuis dus bij de nieuwe Omgevingswet, waarvan een van de leidende principes is dat de overheid alle data over de leefomgeving toegankelijk en beschikbaar maakt. Overheden, burgers en ondernemers kunnen vervolgens op basis van deze data beleid maken, hun leefomgeving beheren en nieuwe producten ontwikkelen. Rijkswaterstaat haalt momenteel informatie op over de eisen en eigenschappen waaraan het Nationaal Infrastructuurhuis moet voldoen. De VOC heeft zich bij dit traject aangesloten als vertegenwoordiger van de gemeenten.

Inkomsten fietsparkeren op stations

De VOC is betrokken bij het Landelijke bestuursakkoord fietsparkeren op stations. Dit akkoord regelt de financiering van nieuwe fietsenstallingsplaatsen bij treinstations. Ondanks deze afspraken wegen kosten en baten niet tegen elkaar op. Gemeenten moeten veel geld bijleggen om de exploitatietekorten te dekken. In opdracht van de VOC hebben studenten van Windesheim Flevoland mogelijkheden voor nieuwe inkomsten van stationsfietsenstallingen onderzocht. Er kan bijvoorbeeld worden gestuurd op het inzetten van advertentieruimte, vastgoedexploitatie in de stallingen, het aanbieden van commerciële diensten zoals een pakketautomaat of het stimuleren van dubbelgebruik van de stallingen in de avonduren. Maar geen van deze oplossingen zorgt uiteindelijk voor een forse reductie van het exploitatietekort.

Verdere planning IVO

Het IVO komt op 31 maart weer bijeen. Dan zal ook de planning van onderwerpen voor de komende tijd worden doorgenomen. De aangesloten gemeenten willen in ieder geval verder spreken over o.a. de uitwerking van de Green deal autodelen, verkeersveiligheid en zero emissie van voertuigen.

Meer weten over het Intergemeentelijk Verkeersoverleg? Neem dan contact op met IVO-secretaris Reinard Noordergraaf, reinard.noordergraaf@vng.nl of telefoonnummer 06-15573209.

 

 

 

 

Belangenbehartiging mobiliteit en infrastructuur

Samen werken aan lokale bereikbaarheid: ons aanbod aan Nederlandse gemeenten

Samen werken aan lokale bereikbaarheid. Onder deze noemer verstuurt de VOC de komende tijd een aanbod aan Nederlandse gemeenten om zich te verenigen in een structurele belangenvereniging voor mobiliteit en infrastructuur.

De VOC wil naast openbaar vervoer en doelgroepenvervoer ook andere mobiliteitsonderwerpen gaan oppakken. Dit hebben de 26 VOC-gemeenten afgelopen januari besloten. De VOC ziet hiertoe de kans, nu mobiliteit en infrastructuur niet meer vanzelfsprekend op de agenda van de VNG staan. Gemeenten hebben nu geen landelijke speler die opkomt voor hun belangen bij mobiliteitsontwikkelingen en landelijke discussies, terwijl de druk op de lokale bereikbaarheid toeneemt. Naast onze bestaande werkzaamheden, gaan wij aan de slag met het benaderen van Nederlandse gemeenten om zich bij de VOC aan te sluiten. Daardoor kan de VOC  een rol spelen bij de belangenbehartiging en advisering van gemeenten over een breder palet aan mobiliteitsonderwerpen. Deze groei willen wij stap-voor-stap gaan uitbouwen.

De VOC start met de ondersteuning van het Intergemeentelijk Verkeersoverleg (IVO). Dit overleg was in het verleden de ambtelijke adviescommissie van de VNG. In het IVO wisselen gemeenten kennis uit over ontwikkelingen in thema’s als parkeren, fietsbeleid, verkeersveiligheid en verkeersdata. Rijksoverheid, andere overheden, kennisinstellingen en belangenorganisaties kunnen via het IVO plannen voor nieuwe regelgeving, ideeën, maar ook problematiek die zij ervaren voorleggen aan gemeenten. Het IVO opereert parallel aan de Contactgroep, het VOC-gremium waarin aangesloten gemeenten openbaarvervoeronderwerpen bediscussiëren.

Gemeenten krijgen de komende weken een aanbod van de VOC over aansluiting. Maar wie alvast wil lezen wat de VOC wil gaan doen en wat onze visie over belangenbehartiging is: lees onze informatiebrochure of kijk op onze pagina Belangenbehartiging mobiliteit en infrastructuur.

 

 

Doetinchem treedt toe tot VOC

De gemeente Doetinchem is aspirant-lid geworden van de VOC. Hiermee groeit het aantal gemeenten dat is aangesloten bij de VOC naar 26. De VOC heet de gemeente Doetinchem van harte welkom!

Doetinchem is het centrale openbaarvervoerknooppunt in de Regio Achterhoek, een gebied met meer dan een kwart miljoen inwoners. De regio kent al sinds het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw een hoge mate van samenwerking tussen het trein- en het busvervoer, volgens het zogenoemde “visgraadmodel”. In de gemeente Doetinchem liggen maar liefst vier stations. De belangrijkste daarvan, Station Doetinchem, wordt voorzien van een nieuw stationsplein en busstation. Ook het stadsbusnetwerk is aan vernieuwing onderhevig. Tegenwoordig rijden twee servicelijnen door de stad die de woonwijken verbindt met de zorgcentra, de binnenstad en de OV-knooppunten. Een concept dat interessant is voor andere kleinere steden die ook aan de slag willen met een vernieuwing van het openbaar vervoer in de stad.

De VOC is blij dat de gemeente Doetinchem zich als aspirant heeft aangesloten bij de VOC en kijkt uit naar een goede samenwerking.

Begeleidende foto door Albert Gerritsen

VOC breidt werkveld uit naar mobiliteit

De VOC gaat naast openbaar vervoer ook andere mobiliteitsonderwerpen ondersteunen. Hiertoe heeft het Algemeen Bestuur van de VOC onlangs besloten. Het besluit volgt op het terugtrekken van de VNG in het verkeer- en vervoersdossier. De VOC zorgt voor een structurele belangenbehartiging van gemeenten en dienstverlening voor gemeenten op het gebied van mobiliteit. Openbaar vervoer blijft daarbij een belangrijk thema, maar geleidelijk aan voegen we andere mobiliteitsonderwerpen aan het pakket toe.

De VOC start met de opname van het Intergemeentelijk Verkeersoverleg (IVO). Dit overleg was in het verleden onderdeel van het ambtelijke adviesproces van de VNG. In het IVO wisselen gemeenten kennis uit over ontwikkelingen in thema’s als parkeren, fietsbeleid, verkeersveiligheid en verkeersdata. Rijksoverheid, andere overheden en belangenorganisaties kunnen via het IVO plannen voor nieuwe regelgeving, ideeën, maar ook problematiek die zij ervaren voorleggen aan gemeenten. Het IVO opereert parallel aan de Contactgroep, het VOC-gremium waarin aangesloten gemeenten openbaarvervoeronderwerpen bediscussiëren.

De VOC gaat gemeenten die nog niet zijn aangesloten binnenkort een aanbod doen om in de toekomst ook te kunnen profiteren van de kennisuitwisseling en beleidsbeïnvloeding in het landelijke mobiliteitsbeleid.

VOC betrokken bij project ProRail onbeveiligde overwegen

In een verkennend gesprek met ProRail is overeen gekomen dat de VOC zal helpen bij het inbrengen van het gemeentelijk geluid bij het NABO-project van ProRail. Het doel van dit project is om onbeveiligde overwegen op een kosteneffectieve en innovatieve manier ófwel een betere beveiliging te geven ófwel gebruikers beter te attenderen op een naderende overweg. Hiervoor wordt een proeflocatie ingericht en wordt getest op een bestaand spoortraject. ProRail erkent het belang van betrokkenheid van gemeenten en is positief over een verbindende rol van de VOC ten aanzien het wegbeheerderoogpunt. Omdat onbeveiligde overwegen voornamelijk te vinden zijn in dunbevolkt gebied zal de VOC dit oppakken in samenspraak met gemeenten met landelijk gebied waar veel van deze overwegen te vinden zijn. Wil je als gemeente inbreng leveren? Maak dit kenbaar aan de VOC-secretaris.

Terugblik VOC Symposium 2016

Tijdens het VOC-symposium 2016 stond het thema duurzaam openbaar vervoer centraal. Sprekers uit binnen- en buitenland waren naar Arnhem gekomen om een presentatie te geven. Het symposium was zo opgezet dat er een goede afwisseling was van technische verhandelingen, visies, pitches en discussies. Tussen de bedrijven door hebben de deelnemers kennis kunnen maken met elektrische voertuigen, welke buiten stonden opgesteld. Daarnaast hebben veel mensen elkaar kunnen spreken tijdens de netwerkonderdelen. De organisatie kijkt terug op een geslaagde bijeenkomst. Zowel inhoudelijk, qua sfeer, maar ook kijkend naar de opkomst. Lees verder en bekijk de foto’s en het videoverslag van de middag in Arnhem.

Roep om Rijksprogramma voor zero emissie busvervoer

Gemeenten vragen Rijksoverheid om ondersteuning voor pilots met schoon openbaar vervoer

Het zijn niet de gemeenten die de contracten sluiten met de OV-bedrijven in Nederland, dat doen de provincies en de vervoerregio’s. Maar daarmee is niet gezegd dat gemeenten geen rol hebben in het openbaar vervoer. Sterker nog, bij de verduurzaming van het openbaar vervoer zijn de gemeenten een cruciale partner. Om een boost te geven aan de ontwikkeling van zero emissie openbaar vervoer vragen gemeenten de Rijksoverheid om de lokale pilots met schone bussen financieel en met vereenvoudiging van regelgeving te ondersteunen. Dit kwam naar voren tijdens het VOC Symposium 2016, dat geheel in het teken stond van duurzaam openbaar vervoer. De bijeenkomst werd georganiseerd door de VOC, het Clean Mobility Center en de gemeente Arnhem.

Dit jaar is afgesproken dat de complete vloot van het openbaar vervoer in Nederland in 2030 bestaat uit bussen met zero emissie, waarbij in 2025 alle nieuwe bussen al geen uitstoot meer mogen geven. Om dit voor elkaar te krijgen moeten we nog veel onderzoeken en vooral ook testen met verschillende vormen van alternatieve energiebronnen. Het gaat daarbij niet alleen om de techniek en de invloed op de bedrijfsvoering, maar ook om zaken als het inpassen van de laadschema’s in de dienstregeling en de plaatsen waar kan worden geladen of bijgevuld.

Vast staat is dat de dieselbussen worden uitgefaseerd. Dat betekent dat moet worden gebouwd aan een nieuwe infrastructuur om de bussen te voorzien van andere bronnen van energie. En over de ruimtelijke ordening en het wegbeheer gaat in veel gevallen de gemeente. Gemeenten hebben daarom een cruciale rol in de verduurzaming van het openbaar vervoer in Nederland. Maar het is vooral een zaak van samenwerken en samen investeren.

Tijdens de middag op het Industriepark Kleefsewaard (IPKW) in Arnhem bleek onder meer dat de accubus zich weliswaar nog verder gaat ontwikkelen, maar we voor het inzetten van een grote vloot moeten zoeken naar middelen om de bus gedurende de dag, of zelfs gedurende de rit, te moeten opladen. Dat betekent dat er infrastructuur beschikbaar moet komen die de bussen op de eindbestemming, tijdens de rit met bovenleiding, of bij haltes zal moeten bijladen. Een stad als Arnhem kan hiervoor gebruik maken van het netwerk van bovenleiding, een stad met tramlijnen kan dit elektriciteitsnetwerk inzetten als backbone, maar in andere steden zullen nieuwe netwerken moeten worden aangelegd. Hoe dan ook, in alle gevallen gaat het om serieuze investeringen.

Daarnaast moet rekening gehouden worden met verdeelstations en andere infrastructuur. Ook bij de inzet van alternatieve brandstoffen zoals waterstof en groen gas zijn vulstations nodig, waar de gemeente ook een belangrijke rol speelt gezien de relatie met de directe omgeving. Met andere woorden, welke vorm van alternatieve energie ook wordt gekozen, de gemeente is als wegbeheerder en als verantwoordelijke overheid voor de ruimtelijke ordening een belangrijke partij.

Tijdens het symposium is een oproep gedaan aan de Rijksoverheid om aan te sluiten bij de duurzame mobiliteitsinitiatieven van gemeenten en provincies die onder meer worden opgestart in het kader van de City Deals. Weliswaar zal lokaal en regionaal moeten worden gewerkt aan het opzetten van pilots en het uitbouwen van netwerken, de decentrale overheden hebben de nationale overheid nodig om regelgeving te versoepelen en investeringen gemakkelijker te maken.

We gaan dus voor een intensieve samenwerking tussen OV-opdrachtgever, vervoerbedrijf, energieleveranciers, de Rijksoverheid én de gemeenten om de verduurzaming te realiseren. Een Rijksondersteuningsprogramma zou ons een vliegende start geven naar zero emissie in 2025 – 2030.